Dit is een blog van Milenka Brouwer van Beeldenderwijs.
Hoe maak je het metrieke stelsel (meten) leuker en gemakkelijker?
Tips & tricks voor coaches,leerkrachten en begeleiders
Het metrieke stelsel is een van de lastigste rekenonderwerpen op de basisschool (en ook nog daarna). Voordat ik uitleg waarom dat zo is, hieronder in het kort wat eigenlijk het metrieke stelsel is.
Volgens Wikipedia is het metrieke stelsel ‘een systeem van uniforme standaardeenheden voor het meten van bijvoorbeeld afstand, gewicht en temperatuur’.
Ons metrieke stelsel stamt uit de tijd van Napoleon. Voor die tijd werden in ieder land verschillende maten gebruikt zoals voet, el en duim. Door de invoering van 1 metriek stelsel, werd gepoogd eenheid te brengen.
Wat maakt het rekenen daarmee nu zo lastig?
1. Meten is eigenlijk niets anders dan greep krijgen op de werkelijkheid door deze in getallen uit de drukken. Bijvoorbeeld ik weeg 40 kilo of die deur is ongeveer 2 meter hoog. Dit eigen maken van de werkelijkheid kan alleen maar door heel veel zelf te meten. En daar zit ‘m nu juist de crux: in de verschillende rekenmethodes op de basisschool komen -maar af en toe- meetlessen aan bod. Voor de gemiddelde leerling gebeurt dat veel te weinig. Dit betekent dat een kind geen ‘gevoel’ ontwikkelt bij de verschillende maateenheden en dat is nu juist zo belangrijk!
In plaats daarvan wordt de leerling al snel geconfronteerd met een schema zoals hiernaast staat. En tja, zeg nou zelf….
2. Daarnaast moet de leerling ‘snappen’ dat ons getallenstelsel ‘decimaal’ /tientallig is opgebouwd. Ook hier zit voor een groep leerlingen een pijnpunt. Want is het duidelijk dat er 10 tientallen in een honderdtal gaan of tien duizendtallen in een tienduizendtal? Voor veel leerlingen niet.
Wat kan je doen als coach/leerkracht om leerlingen die moeite hebben met het metrieke stelsel verder te helpen?
Het belangrijkste is om het volgende uitgangspunt te hanteren:
REKENEN BEGINT NIET OP PAPIER, MAAR EINDIGT ER, dus…
1. Maak het meten zo concreet mogelijk en ga aan de slag met meten. Alles is namelijk te meten. Begin dichtbij (bijvoorbeeld met het lichaam) en laat ook alles noteren. Zo oefent de leerling ook de verschillende maten als cm en meter (en de bijbehorende afkortingen).
2. Vervolgens kan je met kinderen ‘referentiematen’ gaan opschrijven op een apart blad. Refentiematen zijn maten waaraan het kind altijd kan refereren. Veelal geven rekenmethodes of leerkrachten kinderen ‘standaard-afbeeldingen van dingen, bijv. 5 kilo is een zak aardappelen. Maar als jouw moeder altijd geschrapte krieltjes koopt, dan heeft die zak aardappelen voor jou geen betekenis: je kent het niet en hebt al geen idee wat het weegt. Dus laat de leerling zelf zijn/haar referentiematen bepalen door te wegen, te meten en te tillen. Dan gaan maten leven. Nuttige referentiematen zijn bijvoorbeeld mm, cm, dm, m, maar ook dl, l, kg en m2 en m3.
3. Herhalen, herhalen, herhalen. Deze referentiematen worden eigen gemaakt door er mee bezig te zijn. Hang ze op een zichtbare plek, refereer er vaak aan en laat ze deze uit het hoofd leren. Dit voorkomt dat een leerling op de Citotoets op de vraag wat een konijn weegt, het antwoord 30 kilo geeft…
4. Als een leerling moeite heeft met het tientallig stelsel, ga dan aan de slag met MAB-materiaal. Ga getallen neerleggen en laat zien wat er gebeurt. Bijvoorbeeld 10 tientallen inwisselen voor een 100-tal. En leg dan de link met het metrieke stelsel: ook daar passen de maten 10x in elkaar, bijv. 1 dm=10 cm. Daarnaast refereren de losse staafjes aan de lengematen, het honderdveld aan de oppervlaktematen en staat het duizendtal symbool voor kubieke.
5. Zorg als coach dat je zelf goed overweg kan met meten. Alleen door ‘boven’ de stof te staan, kan je kinderen helpen;
6. Zorg voor voldoende meetmaterialen: rolmaat, liniaal, keukenweegschaal, personenweegschaal etc. en bespreek in welke situatie je welk meetinstrument het beste kan gebruiken.
7. En tot slot een mooi ezelsbruggetje:
Graag wil ik je vooral heel veel plezier wensen met het meten. Hopelijk kunnen bovenstaande tips je op weg helpen. Veel succes!
En dan nog dit… mocht je in je praktijk leerlingen tegenkomen bij wie het meten een probleem blijft, dan kan het MeetMaatje wellicht een oplossing bieden.
Het MeetMaatje helpt je bij alle sommen die met meten te maken hebben: van omtrek tot inhoud, maar ook bij gewicht en snelheid. Door de kleurrijke en duidelijke illustraties wordt in 1 oogopslag duidelijk hoe je snelheid omrekent van m/sec naar km/u, hoeveel kwartalen er in 1 jaar zitten en dat 1 dm3 toch echt hetzelfde is als 1 liter. Ook is er in het MeetMaatje ruimte om zelf sommen uit te rekenen en om je eigen referentiematen te tekenen. Daarnaast zitten er een handige tafelkaart en een handige spiekkaart in.
Wil je meer weten over het MeetMaatje dan kun je hier alvast een kijkje nemen.
Vragen of opmerkingen?
Neem gerust contact op met Milenka Brouwer, milenka@beeldenderwijs.nl
www.beeldenderwijs.nl
Lees ook: De breukenwaaier, mooie hulp voor rekenen met breuken
Lees ook: Goh… ik kan rekenen
Lees ook: Nadruk op rekenen en taal helpt niet
Lees ook: Leren rekenen met Bingo
Lees ook: Nog eens rekenen
Lees ook: Leer rekenen door bewegen
Lees ook: Doe de cupsong
Lees ook: Methode of kind?
Wanneer je hulp nodig hebt dan kun je contact opnemen met de praktijk voor kindercoaching. Als je kindercoach wilt worden, lees dan over de opleiding tot kindercoach. Wil je regelmatig berichten ontvangen over alles wat heeft te maken met kinderen, geef je dan op voor de nieuwsbrief.
Ken je Ik leer leren al?
Jullie hebben bij een foto op het internet een fout staan:
Er staat namelijk dat een meter (kubieke) hetzelfde is als een liter en een gram. Maar dat is niet zo, een kubieke decimeter is hetzelfde als een liter.
Dank je wel voor je reactie en dat is inderdaad niet kloppend!