” Die is nog niet droog achter de oren”
Ken je die uitdrukking?
Toen ik deze voor het eerst hoorde van een oom en tante heb ik eens achter mijn oren gevoeld. Ik begreep uit deze opmerking dat als je droog achter je oren was, je mee mocht doen met de grote mensen. En ik wilde wel snel een grote meid zijn. En ondanks dat het erg droog voelde achter mijn oren, wist ik ergens wel dat er iets anders werd bedoeld.
Maar wat?
Onze taal
In onze taal maken we veel gebruik van zogenaamde beeldspraak. gezegden zijn hier ook een voorbeeld van. In de bovenbouw worden kinderen ingewijd in het mysterie van de uitdrukkingen en gezegden. In de meeste gezinnen wordt er tijdens die periode veel uitgewisseld en moeten ouders soms diep nadenken hoe het ook al weer zat met de gedempte put en het water en de zee.
Woordgrapjes en humor is ook spelen met taal. Mensen die gemakkelijk en beeldend gebruik maken van taal, zijn vaak boeiende vertellers. Ook cartoonisten en spotprent tekenaars maken gebruik van de combinatie beelden en taal.
Kinderen en taal
Vaak denken we dat kinderen alles maar zo komt aanwaaien en dat kinderen automatisch begrijpen waar we het over hebben.
Wat we ons meestal niet realiseren is dat de taal ontwikkeling op veel gebieden helemaal geen vanzelfsprekendheid is.
Ik denk dat het mede daardoor komt dat ouders en kinderen elkaar daardoor soms zo slecht verstaan en daardoor onderling gedoe krijgen.
Jonge kinderen hebben nog niet zo veel hersenverbindingen en nemen vaak alles letterlijk wat we zeggen. We kennen allemaal voorbeelden van prachtige uitspraken van kinderen die ons laten weten hoe ze de wereld om hen heen zien en ervaren.
Pas na een jaar of zeven beginnen kinderen abstract te denken en als we dan uitleggen wat we bedoelen met beeldspraak, kunnen de meeste kinderen al snel de koppelingen maken en in ieder geval begrijpen dat taal meerlagig is.
En waar het mis gaat hebben de meeste gezinnen er weer een prachtige anekdote bij in het grote familieboek met herinneringen.
Waar loopt het spaak
Er zijn naar mijn idee twee categorieën kinderen waar het moeilijker gaat in het spraak en taalverkeer. Enerzijds is er de groep kinderen met autistisch spectrum problematiek zoals bijvoorbeeld pdd-nos en anderzijds is er de groep beelddenkers.
De eerste groep kinderen met autisme kenmerken heeft en moeite met sociaal verkeer, moeite met communicatie en moeite met beeldend denken. Dat zijn al drie kenmerken op rij die hen op achterstand zetten in het omgaan met elkaar en het kunnen begrijpen van elkaar. Het zogenaamde sociale snapvermogen van deze kinderen is daardoor erg laag. Ze missen op deze wijze veel “boodschappen” die mensen voortdurend aan elkaar geven. Omdat de informatie verwerking door de zintuigen anders verloopt missen ze ook nog eens veel non-verbale informatie en begrijpen weinig van gezichtsuitdrukkingen.
Als mensen dan ook nog in beeldspraak gaan praten haken deze kinderen volledig af.
De andere categorie waarbij het mis kan gaan in de communicatie, zijn de zogenaamde beelddenkers. Bij hen komt alles binnen in plaatjes en beelden. Op school worden sommen uitgelegd in verhaaltjes en het kind is na een paar zinnen volledig de weg kwijt (kind ziet zichzelf verdwaald in het bos… :-)).
Deze kinderen missen op school veel informatie en doordat beelden sneller worden verwerkt dan woorden, vergeten ze ook nog regelmatig het uitvoeren van een opdracht. In hun verbeelding hebben ze het dan al lang gedaan.
In mijn praktijk heb ik de laatste weken hier weer prachtige voorbeelden van gehad. Opdrachten van juffen en meesters die letterlijk werden genomen en vervolgens een eigen (onbegrijpelijk) leven gingen lijden. Want als juf zegt: “Laat die nullen maar weg”, hoe kan je dan ooit een som tot een goed einde brengen?
Wat zijn de gevolgen
De gevolgen van ons taalgebruik is dat veel kinderen ons totaal niet snappen en letterlijk doen wat we vragen of zeggen. Dit leidt tot veel onderling onbegrip omdat we zelf de stellige indruk hebben dat we duidelijk zijn. We maken al zo ingesleten gebruik van onze eigen taalpatronen dat we niet meer duidelijk hebben welke boodschappen we geven aan onze kinderen.
Bij kinderen kan dit niet alleen leiden tot onaangepast gedrag, maar ook zorgen voor veel angst. Want wat gebeurt er met voeten die verbrand zijn door het vuur uit de sloffen? Hoe loopt het af met oren waar de stoom uit kwam?
Wat te doen?
Gelukkig gaat het zoals gezegd bij de meeste kinderen heel goed in de communicatie. Als er echter regelmatig gedoe is met een kind, dan is het de moeite waard om eens heel goed naar jezelf te luisteren en te checken wat je kind eigenlijk heeft begrepen van je woorden. En misschien nog interessanter, welke beelden en gedachten je kind daarbij had.
Je zult versteld staan van de innerlijke wereld van je kind als je er een gewoonte van maakt om regelmatig na te vragen wat je kind van jou begrepen heeft.
En eerlijk is eerlijk, het heeft bij mij jaaaren geduurd voor ik begreep wat er bedoeld werd met ” droog achter je oren” . Sterker, ik weet nog dat ik regelmatig even voelde hoe het zat en ik zorgde ervoor dat ik na het douchen goed mijn oren afdroogde. En dat doe ik nog steeds…. :-)
Lees ook: De spraak-taal ontwikkeling van het schoolkind
Lees ook: Wat is pdd-nos
Lees ook: Het effect van slim taalgebruik
Lees ook: Je kind is…. en je kind doet…..
Ken je Ik leer leren al? Ik leer leren helpt kinderen met wat ze nodig hebben om te leren leren. Kindercoachmaterialen vind je bij Ninico.nl.
Wil je deelnemen aan de opleiding tot kindercoach of een bijscholing volgen, kijk dan op de website.
Wil je op de hoogte blijven van nieuws en artikelen, vraag dan de nieuwsbrief aan.
Mocht je hulp nodig hebben voor je kinderen, neem dan gerust contact op met de praktijk voor kindercoaching.
De illustratie is van Bianca Snip
Ik vind dit artikel geweldig geschreven, ben wel blij deze blog te lezen. Een duim van mij! Gr.