Vaak komt het voor: Je kind gaat naar school,een feestje, sport of spelen bij andere kinderen en is daar het liefste en zoetste kind. Zodra je kind jou echter in de gaten krijgt (of het is goed en wel thuis) dan gaat het mis. En mis is vaak ook goed mis in de vorm van schreeuwen, schelden, slaan, schoppen en alles wat het elders niet doet.
Op zich zou je kunnen zeggen dat het een goed teken is. Je kind heeft kennelijk geleerd in situaties met andere kinderen en volwassenen zich sociaal acceptabel te gedragen. Maar nu thuis nog…..
Wat is er aan de hand?
Ieder kind heeft tot taak te leren omgaan met emoties en gevoelens. Bij positieve emoties is dit niet zo’n heel groot probleem omdat deze vanaf de babytijd worden goedgekeurd en gestimuleerd. Bij emoties als angst en boosheid wordt het al iets ingewikkelder want in gedrag kunnen deze emoties al meer weerstand oproepen. Als kinderen leren omgaan met angst en boosheid moeten ze eerst weten dat deze emoties er zijn, ze moeten ze herkennen in hun lijf en in hun verstand en ze moeten tenslotte nog sociaal geaccepteerd gedrag leren om deze emoties te uiten.
Dit betekent dat kinderen over beheersing moeten hebben over hun lichaam en ook over voldoende taal moeten kunnen beschikken. Dat is nogal wat!
Gelukkig gaat die ontwikkeling bij de meeste kinderen vanzelf met hier en daar een rimpeling. Bij jongens zie je over het algemeen dat het wat meer moeite kost dan bij meisjes en dat heeft veel te maken met taal en lichaamstaal.
Wanneer kinderen dus nog niet geleerd hebben zich adequaat te uiten op emotioneel gebied, zie je dat er vaak extra leertaken bijkomen. Uiteraard spelen ouders hierbij de grootste rol. Want hoe gaan zij om met hun eigen emoties en geven daarin het voorbeeld voor hun kinderen, maar ook vooral hoe begeleiden zij de emoties van hun kinderen in de ‘goede’ richting?
De moeder en het kind…
Moeder belde mij een beetje wanhopig over haar 7 jarige dochter. Deze had steeds meer last van woedeaanvallen. De laatste tijd werd het almaar erger en begon het al op het schoolplein als de schooldag voorbij was. Zodra het meisje moeder in het vizier kreeg op het plein begon ze te gillen, schelden en stompen tegen haar moeder waarop moeder haar snel maande haar fiets te nemen en mee te gaan. Onderweg naar huis bleef het meisje erg boos en regelmatig bleef ze door gillen op weg naar huis. Moeder schaamde zich steeds dieper ten opzichte van de andere ouders en er moest iets gebeuren.
Gezien de beschrijving van de moeder nodigde ik moeder eerst uit bij mij in de praktijk. Al snel vroeg ik moeder of ik een gewetensvraag mocht stellen. Ik kreeg akkoord en vroeg moeder: “Is het geoorloofd dat jouw kind je mag uitschelden, slaan en respectloos mag benaderen?'”
Het bleef even stil, moeder aarzelde en zei dat ze dat eigenlijk niet wilde, maar dat het steeds vaker gebeurde. Ze had het idee dat haar kind spanning opbouwde op school en ja… dat moest er toch uit. Het was toch ook niet goed als een kind boosheid thuis niet zou kunnen uiten?
Wie ben je als ouder?
Steeds vaker komt het voor dat ouders het idee hebben dat hun kind zich bij hen moet kunnen uiten en dat dit mag op allerlei manieren. Het eerste deel van de overtuiging klopt. Het is fijn en noodzakelijk dat kinderen bij hun ouders terecht kunnen met hun emoties, maar de manier waarop kinderen dat uiten bepalen de ouders. Wanneer ouders twijfelen over de vraag of hun kind hen respectloos mag behandelen, hebben de ouders over het algemeen hulp nodig en niet het kind.
Met moeder onderzocht ik vervolgens het respect voor zichzelf en voor haar kinderen. Hoe kon ze het gedrag van haar boze en gefrustreerde dochter beter stroomlijnen en hoe kon ze grenzen aangeven. Stap voor stap bespraken we wanneer ze zich krachtig voelde, wat ze tegen haar kind zou kunnen zeggen en hoe ze haar meer veiligheid kon bieden. Eerst was moeder daar een beetje verbaasd over en voelde ze zich een slechte moeder als ze het gedrag van haar kind zou moeten begrenzen. Echter, toen we bespraken dat het juist heel onveilig is voor kinderen als ze geen of onvoldoende grenzen ontvangen, werd het gemakkelijker om te onderzoeken wat ze wel kon doen.
Wat heeft dit meisje nodig?
Omdat moeder zich toch veel zorgen maakte om haar dochter, zetten we op een rij wat dit meisje nog niet zo goed kon. Kennelijk liep op school en bij het spelen bij anderen de innerlijke thermometer van het meisje zo op, dat het wel tot een uitbarsting moest komen. We kwamen tot de conclusie dat ze wellicht de (sociale) vaardigheden nog miste om op school haar grenzen aan te geven en te vertellen wat haar dwars zat. Tenslotte hoort boosheid geuit te worden op de plek waar het zich voordoet.
Ik besprak met moeder wat ze zelf kon oefenen met haar dochter. Eerst afspreken dat ze samen rustig naar huis zouden fietsen met daarna het geven van positieve aandacht en het benoemen van wat het meisje zo dwars zat. Veel begrip tonen en positieve manieren vinden waarop dochter haar spanning kon reduceren. Omdat moeder nog niet heel vertrouwen had, spraken we af dat de volgende afspraak in het bijzijn van het meisje zou zijn.
De cirkel rond: Moeder en kind leren
Samen met het meisje bespraken we wat ze nog zou kunnen leren. Het ging al een stuk beter doordat moeder de regie makkelijker kon nemen en haar gedrag wat meer kon stroomlijnen. We bespraken hoe moeilijk het in de klas soms was als het zo druk was met de andere kinderen en dat ze juf niet zo goed dingen durfde vragen. Het luchtte het meisje duidelijk op om erover te praten want in de spanning tussen moeder en kind kwam dat niet aan de orde.
We maakten mooie afspraken en oefenden wat zinnetjes die haar zouden kunnen helpen en mama zou met juf praten. Mama, papa en juf zouden haar nu kunnen helpen om te leren vragen en het te leren zeggen als ze ergens last van had. En als mama zag dat ze wilde gillen en schelden zou mama haar helpen door een toverwoordje te gebruiken waarmee mama aangaf dat ze begreep dat het moeilijk was. Ze zouden er dan even later over praten.
En zo stapten moeder en dochter opgelucht weer de deur uit met nieuwe afspraken voor moeilijke momenten als de spanningsballon dreigde te knappen. We hadden afgesproken dat ze zouden bellen als het nodig was, maar ik heb er nooit weer wat van gehoord. Allebei hebben ze iets belangrijks geleerd over het uiten van emoties op de juiste plek en over respect voor jezelf en voor de ander.
Ben je leraar, coach of hulpverlener en kom je veel ouders tegen met bovenstaand probleem?
Dan is mogelijk de opleiding: Hoe help ik boze kinderen en hun ouders net iets voor jou.
Bekijk hier alle informatie over het helpen van boze kinderen en hun ouders.
Meer artikelen:
Lees ook: Wie heeft de regie in huis?
Lees ook: Boos kind
Lees ook: Concentratieproblemen bestaan niet
Lees ook: Ouderschap is voor de toekomst
Lees ook: Eruit halen wat erin zit?
Lees ook: Je grenzen bewaken en ruimte innemen
Lees ook: Boosheid tussen ouders en kinderen
Lees ook: Je hebt me teleurgesteld
De illustratie is gemaakt door studio staalkaart
Geef een reactie