Het komt me voor dat kinderen steeds minder weerbaar worden. Rots en water, kanjer training en andere weerbaarheidstrainingen zijn niet aan te slepen. Ook bij mij in de praktijk gaan er steeds meer hulpvragen over het omgaan met eigen en andermans grenzen. En toen ik onlangs in de les opperde om eens een artikel te schrijven over hulp vragende kinderen op het schoolplein en eisende ouders over hun tekort gedane kinderen, klonk er uit alle hoeken een Jaaaa alsjeblieft !! En dat kwam uit de grond van vele harten.
Hoe leren kinderen weerbaarheid
Een kind wat weerbaar is, heeft zelfvertrouwen en handelt in de wereld met een positief (zelf)beeld. Dit zelfvertrouwen wordt opgebouwd doordat het kind van jongs af aan ervaringen op doet met succes en falen. Op die manier leert een kind waartoe het in staat is. In eerste instantie is dit vooral een lichamelijk proces. Als je je lijf kunt gebruiken dan leer je dingen pakken, je leert ergens naar toe te gaan, je leert over afstand en nabijheid en je leert over weerstand van gras of stoeptegels onder je voeten. Bovenal wordt je weerbaar door buiten te zijn door weer en wind.
Als je weet waar je lijf toe in staat is onder alle omstandigheden, weet je ook wat grenzen zijn. En grenzen heb je nodig om je in sociale relaties te bewegen. Als iemand lief doet, moet je anders reageren dan wanneer iemand vervelend tegen je doet. Net als leren bewegen, moet je ook leren bewegen in het sociale verkeer waarin je je te weer moer stellen tegen grote en kleine mensen in je buurt. Ook door ervaring ontstaat er een sociaal zelfvertrouwen waardoor kinderen leren op zichzelf en hun eigen wijsheid te vertrouwen door het opdoen van positieve en negatieve ervaringen in het sociale verkeer.
Hetzelfde geldt voor schoolprestaties. Kinderen hebben ook te leren hoe ze weerbaar worden op het gebied van presteren op school en sport. Zelfvertrouwen ontstaat hier ook door falen en slagen.
Waar gaat het mis met weerbaarheid
Een belangrijk opvoed doel is in deze tijd dat kinderen gelukkig moeten zijn. Helaas is dat een bijna onmogelijke opgave die voor veel verdriet zorgt. Immers als een kind niet gelukkig is, wordt de ouder ook ongelukkig waardoor het kind weer verdrietig wordt omdat de ouder ongelukkig van hem wordt. Zo zorgt het kind voor de ouder en gaat de ouder in zijn ijver alles in het werk stellen om alle moeilijkheden voor de voeten van het kind weg te vegen. De zogenaamde curling ouders.
Kinderen worden overal naar toe vervoerd door hun ouders en weten amper nog wat het is om een regenbui op hun hoofd te krijgen, laat staan dat ze weten hoe het voelt om tegen een stormwind in te fietsen.
Ouders zitten bijna bovenop hun kind en bemoeien zich overal mee.
Het kind heeft bijna geen vrijheid meer om rond te klooien en vele pubers laten de verantwoordelijkheid voor hun huiswerk bij hun ouders.
Op die manier zie ik veel kinderen die terecht komen in een klaag en slachtofferrol. Waardoor hun ouders nog meer hun best gaan doen om de klusjes op te knappen.
Wat gebeurt er thuis
Wanneer kinderen thuis of op straat ruzie maken, zijn het vaak de moeders die er vol ingaan. Bemiddelen, praten, eindeloos praten en soebatten. Het gevolg is meestal veel huil- en schreeuwpartijen en iedereen vermoeid en ongelukkig. Er zijn alleen maar winnaars en verliezers en vaak zijn het dezelfde kinderen die triomfantelijk winnaar zijn of klagende verliezer. Problemen worden er echter niet door opgelost en de scenes herhalen zich steeds vaker. Iedere ouder weet dat het beter gaat als ze zich er niet mee bemoeien, maar dit lijkt een onmogelijke opgave.
Waar ze ooit zelf als kind gewoon elkaar de maat namen, eens een gepaste schop of een klap uitdeelden en toen wisten hoe de rollen verdeeld waren, gunnen ze hun eigen kinderen niet de ervaring om te verliezen en schrammen op te lopen. Deze ouders, meest moeders overigens, geef ik meestal het dringende advies om op het toilet te gaan zitten met wc papier in de oren en te wachten tot het over gaat.
Wat gebeurt er op school
We hebben kinderen geleerd dat ze bij gedoe op het schoolplein de juf moeten gaan halen. In feite gebeurt er dan hetzelfde als thuis. Er zijn winnaars en verliezers, eindeloze gesprekken en er wordt niets opgelost en niemand leert iets. De juf of meester is trouwens het meeste de klos want die krijgt ’s avonds nog 25 ouders aan de telefoon en de directeur omdat iedereen onheus is bejegend.
Hoe zat het ook weer met weerbaarheid?
Weerbaar word je door zelf ervaring op te doen. Hierdoor krijg je zelfvertrouwen en weet je wat je waard bent. Helaas doen vooral de kinderen die niet weerbaar zijn veel ervaring op hoe ze kunnen wegkruipen en hoe ze voordeel krijgen van een slachtofferrol. Ze hebben geen idee hoe ze een rotopmerking kunnen pareren, voelen zich voortdurend aangevallen en hangen aan de rok van moeder of de juf. En zo komen we steeds meer in een vicieuze cirkel terecht.
Laten we dus de opstootjes, plagerijtjes en tegenslagen aan de kinderen over dan zullen ze daarvan groeien.
En…. misschien de grootste uitdaging: Ouders bemoei je er niet mee. Geef je kind, maar ook de juf en de meester het vertrouwen en gun hen hun eigen aanpak.
Dus… lieve ouders, leer vertrouwen dat ieder zijn eigen boontjes kan doppen en geef erkenning, troost en steun als het mis gaat. Vrijwel altijd is dat genoeg want daardoor komt het kind zelf wel tot een oplossing doordat het zich gesteund weet.
Dit artikel werd gepubliceerd in de weekendbijlage van het Friesch Dagblad op 20 augustus 2016
Wanneer je deze tekst, of gedeeltes daarvan, wilt gebruiken vraag dan even toestemming.
De link mag gedeeld worden op social media.
Bekijk het filmpje: Omgaan met vervelend gedrag
Bekijk het filmpje: Zo help je kinderen weerbaar te worden
Lees ook: Van pesten, naar weerbaarheid, naar zelfvertrouwen
Lees ook: Ruimte voor jongens
Lees ook: Laat je niet kwetsen
Tea, opnieuw een verhaal dat helemaal één mijn stokpaardjes beschrijft. Ik hoop dat veel opvoeders je blog lezen én met de inhoud ervan aan de slag gaan.
Dank je wel !
De pedagogische kwaliteiten van leraren worden altijd onderschat. Ouders willen het natuurlijk ook gewoon op hun eigen manier doen en willen niet dat andere zich ermee bemoeien. Toch zijn leraren vaak van grote invloed op kinderen. Teleurstellingen horen helaas ook bij het leven en denk dat ouders dit maar eens moeten accepteren. Daarbij willen leraren (in de meeste gevallen) ook alleen maar het beste voor een kind.
Komende uit een nuchter opgevoed gezin, vele ervaringen in het leven, raak je me wel met je eenvoudige stellingname Tea. in eerste instantie schiet een schuldgevoel mijn lijf in. Al snel gevolgd door verontwaardiging en boosheid – en nu verdriet. En zit ik hier nog eens op te kauwen. Wat wil ik hierop zeggen. Ik ben het eens met ‘het zelf oplossen van….’ waarbij er altijd ‘volwassenen zullen moeten zijn om de grenzen te bewaken en kinderen te leren samen spelen, vrienden maken, veilig spelen, respect voor elkaar te hebben, bulten en schrammen (figuurlijk en letterlijk) op te lopen, te vallen en weer op te staan.
Mijn oudste zoon is gepest, en fors gepest. Niet op 1 school – nee op 2 scholen en de BSO. En alle docenten zeiden ‘oh maar dat wist ik niet’. ‘Het gebeurd hier niet’. ‘en we zijn er heel erg mee bezig’.
En ik weet dat ik niet de moeder was die niet de ruimte liet om het mijn zoon zelf te laten oplossen. Echter het was niet de wereld die ik kon zien. Alleen uit signalen – en die koppel je niet zomaar aan elkaar maar pas na verloop van tijd. Terugkijkend was het eerste signaal dat ik mijn zoon van de BSO haalde (4 jaar – klein opdondertje) en hij binnen aan het spelen was. Terwijl hij graag buiten speelt. De juffen: Ja, de kinderen zijn nogal ruw met hem in het spel. Dus we hebben hem maar binnen gehaald. waarop ik heb gevraagd om de kinderen veilige samen te leren spelen. Afijn. Aannemend dat e.e.a. zijn vervolg zou krijgen. Langzaam aan kreeg ik een hyperactief kind thuis na school en voor de stap naar groep 3 een kind die overstuur/ huilend en ontroostbaar was. Hij wilde niet naar groep 3. Jong voor zijn leeftijd – konden we daar wel in komen. Na gesprekken op school hierover besloten extra te kleuteren. In de 2e keer kleuteren – verder bergafwaarts. Geen extra uitdaging voor het mannetje met een aangepast leerplan. Hij leek ongelukkiger. En al minder afspraakjes om te spelen, verjaardagen etc. Na gesprek op school het advies om een gedragstest te doen en psycholoog advies te vragen. Toen kwam de konijn uit de hoge hoed: Hij werd gepest (meerdere jaren) en vond school absoluut niet leuk. Advies psycholoog – andere school. Ontkenning op school alom. ’s Ochtends een ervaring waarin mijn Zoon aanvallen werd verweten dat hij een shirt van een kind in een andere klas had kapot geknipt. Zowel juf als ouders echt beschuldigend terwijl mijn zoon op mijn schoot zat. En hij maar zeggen ‘ik heb het niet gedaan’. En dat bleek ook zo te zijn. Dit kind uit die andere klas mocht mijn zoon niet en pestte vaak. Tijdens spelletjes dag, bij ophalen van BSO (als ouder opgegeven) zag ik het op het schoolplein gebeuren – ik zat op grote afstand. geslagen, geduwd en gepest. Voor hem en ons hulp gezocht om vervelende ervaringen een plek te geven. En weer verder te kunnen. Met andere ouders geprobeerd het bespreekbaar te maken maar de meesten keerden zich af. Zij waren tevreden op die school.
Naar een andere school gegaan – van de regen in de drup. 2 juffen die nieuw aan elkaar gekoppeld werden en niet door 1 deur konden – hele klas dook in ontwikkeling en plezier omlaag. Extreem onveilig -pestcultuur. Juffen op non-actief met kerst. Nog zoveel vooronderzoek gedaan en veel positieve ouders gesproken voordien (van mijn schuldgevoelens kan ik inmiddels een boek schrijven – had ik het maar geweten – had ik het maar gezien). Met alle goede bedoelingen allerlei beloftes op school. Mezelf zichtbaar gemaakt door ’tuinvrouw’ te worden op school. Dan ben je actief inde tuin, geef je soms wat tuinlessen, en kom je een beetje in de wandelgangen. Je kinderen zien je dan ook op school zonder dat je jezelf met hen bemoeid. mijn oudste zoon vond dat een fijn. Ook hier zag ik het overal gebeuren – en ook met mijn oudste zoon. In de pauze vloog hij de school uit en ‘verstopte zich in zijn en zijn vriendjes ‘boomhut’ uit de buurt van pesters blijven. Maar ook hier werd het niet gezien – gehoord – bespreekbaar gemaakt noch opgelost. Tot we ‘incidenten gingen verzamelen’:
1) Je zoon de klas inbrengen – hij heeft alles netjes opgehangen op de gang. Je komt de klas uit en alleen zijn spullen liggen verspreid door de hal; 2) in zijn loop naar het ‘keukentje’ structureel getackeld worden door 1 jongen. 3) spullen die bij herhaling ‘kwijt’ waren (stabilo’s, ‘etuis’ potloden etc.)
Daar kon de meester niet meer omheen. Maar het ging niet om gelijk hebben of krijgen. Het gaat om onze zoon en de onveilige omgeving. Hij bleef achter in leren. Zat alleen te dromen en was schichtig -extra gesprekken met de meester dat hij aangaf dat het ‘niet goed met onze zoon ging’. En wij maar aandringen op aanpak van de veiligheid – zijn veilige leefomgeving.
Tja – wat zal ik dan nog zeggen op het ‘zeker goedbedoelde artikel’. Hij is naar een kindertherapeut gegaan om ‘aan zijn zelfbeeld te werken’. leren omgaan met de dingen in zijn leven. Helemaal mee eens dat hij er zelf mee om moet leren gaan. Dat wilde hij ook zelf heel graag. Maar dat lukt niet als de wereld onveilig is en blijft. Hij is ontzettend ver gekomen. Hij wilde er ook zelf mee leren dealen. Dat hadden we hem ook voorgehouden: jij kan dit en jij vind een manier om hiermee om te gaan.
We zijn uiteindelijk verhuisd toen het bleef voortduren (hij is dus gepest tussen 4 en 8 jaar). Inmiddels zijn we 4 jaar verder (op de vooravond van zijn stap naar het voortgezet onderwijs) en zeiden mijn man en ik ‘hij is er weer’. we hebben onze knul weer terug. Hij heeft nog genoeg meegemaakt met sport en spel en op school. Als je denkt dat de wereld onveilig en oneerlijk is – is het moeilijk om je ‘normaal’ te gedragen
en de toorn niet weer over je af te roepen. Op deze school is men ietwat zorgvuldiger maar er zijn genoeg escalaties nog geweest – we werden in deze wel meer gehoord en serieus genomen. En van een struikelend onzeker kind is het een stevige knul geworden die weer gewoon in zijn schoenen staat. Leren is geen probleem meer. Dromen doet hij niet. (vast wel maar niet dagdromen op school) en hij ontwikkeld ontzetten goed. En hij weet precies wanneer hij getreiterd wordt. Weet vaak hoe hij er mee om moet gaan. Hij weet dat hij een leuke knul is en vertrouwd op zichzelf. Stoot af en toe zijn neus maar vind zelf dat dit er bij hoort.
Recent gebeurde het bij de vierdaagse, een jongen uit zijn klas was hem steeds aan het duwen en op de hakken aan het trappen. En viel hij ook. Ze liepen net achter de fanfare. Hij had plezier met zijn klas.
Bij het verzamelterrein een huilend met blauw oog en schrammen – knul. Op terugweg naar huis mijn vraag: ‘Wat wil je nu?’ Hij wilde in gesprek met deze knul en zijn ouders. ‘Want hij komt er altijd mee weg – ook op school en ook op de voetbal. Ik heb er genoeg van’. Oké. Ik was Apetrots – Hij koos voor zichzelf en wilde het bespreekbaar maken. Hij is met zijn vader naar de jongen en zijn ouders gegaan. Vier jaar heel hard werken om weer in je eigen schoenen te komen staan. En ja, ik denk dat veel dingen tussen kinderen opgelost kunnen worden. Maar als ik zie welk voorbeeld gedrag volwassenen op school, sportvelden en daarbuiten laten zien – mis ik de nuance in je artikel. Hoe ik het er ook mee eens ben in ‘normale’ omstandigheden.
Toch dank voor je vele wijsheden – ik lees altijd met plezier en aandacht je blogs etc.
Anoniem
Dank je wel voor je openhartige en verdrietige verhaal. En dit is niet normaal wat je beschrijft en daar moeten ouders, maar ook alle andere volwassenen het opnemen voor een kind en het kind helpen met deze ervaringen om te gaan. Ieder kind heeft recht op hulp en steun als het zelf even niet lukt!
Het is belangrijk wel het verschil te zien en te kennen en dat komt inderdaad niet aan de orde in deze blog.
Enn… wat heeft je verhaal een soort van happy end, dat je zoon zoveel veerkracht heeft en moed heeft geleerd om toch steeds weer opnieuw, letterlijk en figuurlijk op te staan.
Het is vooral erg verdrietig dat het inderdaad sommige kinderen overkomt dat niet gezien wordt wat er werkelijk gebeurt. En daar moet iedere volwassene voor opstaan.
Dus jaaaa… ik snap heel goed wat deze blog met je doet en hoe deze raakt. Want dat gaat over normaal gedrag in een abnormale omgeving waar kinderen elkaar kwaad doen en dit niet gestopt wordt.
Ik hoop dat velen je reactie gaan lezen als aanvulling op deze blog.
En heel veel goeds voor je sterke zoon gewenst met zijn dappere volhardende moeder!