“We spelen spelletjes omdat we graag iets samen willen doen en vinden het gezellig. Is het niet ironisch dat we in die tijd bezig zijn om de ander bankroet te verklaren, hun legers te vernietigen, de wereld te veroveren, allemaal doelen die vijandigheid creëren en ons juist van elkaar verwijderen?”.
(Jim Deacove)
Competitie is een zo goed als onbekend fenomeen bij de oorspronkelijke volkeren van Noord Amerika en Zuid Afrika.
In Mexico werd vijandelijkheid en competitie gezien als een overtreding. Van de kibboets van Israël tot de boeren in Peru wordt samenwerken gestimuleerd en competitie in het algemeen gemeden.
In onze maatschappij stimuleren we kinderen van jongs af aan – wonderbaarlijk genoeg juist door middel van het spel dat we hen aanbieden – tégen elkaar te spelen.
Gewend als we zijn aan een competitieve insteek, vraagt coöperatief spel haast een andere, nieuwe, denkwijze van ons.
In spel ontdekt een kind zichzelf, het onderzoekt grenzen en mogelijkheden en verkent spelenderwijs de wereld om zich heen.
Met groot gemak bedenken kinderen allerlei spelletjes.
Hierbij hebben ze in principe niet meer nodig dan hun eigen verbeelding en wat maar voor handen is.
Voor kinderen is alles spel en spel is de manier waarop ze leren.
Vanaf een bepaalde leeftijd gaan regels een rol spelen in het spel van het kind. Het kind experimenteert hiermee en bedenkt zelf regels:
“We moeten achter deze witte lijn blijven.”.
Deze regels komen tot stand in overeenstemming tussen de kinderen.
Iedereen kan hierbij een nieuwe regel introduceren.
Daarnaast komen kinderen in aanraking met spelvormen waarbij de regels van tevoren vastliggen.
Voorbeelden hiervan zijn gezelschapsspelletjes (stratego, rummicub, menserger- je-niet, etc.), kring- of groepsspellen (bijv. stoelendans) en ook de verschillende sporten.
Bij al deze spellen zijn de regels vaststaand en het doel is (bijna altijd) om van de ander te winnen.
Opvallend is dat deze spelletjes door volwassenen vóór kinderen zijn gemaakt.
Het valt op hoe prettig de sfeer is tijdens coöperatief spelen. Kinderen zijn vrolijk, bedenken samen nieuwe spelmogelijkheden.
Bij deze spelletjes wint iedereen of verliest iedereen. Uitdagingen en ontdekkingen worden samen gedaan.
Kinderen zijn open, er wordt overlegd, kinderen van verschillende leeftijden maar ook volwassenen en kinderen kunnen gemakkelijk samen spelen.
Het doel verschuift van ieder-voor-zich proberen de beste te zijn naar het samen werken om het gestelde doel te behalen.
De positieve eigenschappen en gedragingen die kinderen van nature bezitten, worden met behulp van coöperatief spel versterkt en behouden.
D e v o o r d e l e n v a n c o ö p e r a t i e f s p e l :
– geeft een gevoel van vertrouwen en veiligheid
– bevordert een sfeer van plezier en openheid
– leidt tot betere leerprestaties, emotionele onafhankelijkheid en een goed ontwikkelde identiteit
– stimuleert samenwerking en overleg
– zet aan tot flexibeler denken en het vinden van creatieve oplossingen voor problemen.
– heeft een gunstige invloed op de gezondheid door het ontbreken van de ‘negatieve bijeffecten’ die onvermijdelijk bij competitief spel horen.
– leidt tot het ontwikkelen van eigenwaarde en zelfvertrouwen.
Deze informatie komt van Earthgames. Meer over andere manieren van spelen en spelletjes, zie: Eathgames
Geef een reactie