Er zijn van die dingen die je ooit geleerd hebt en die eigenlijk helemaal niet zo handig zijn. Het zijn opmerkingen die je hebt overgenomen van je ouders en die zo ingesleten zijn dat je jezelf al niet meer hoort. Ook leer je soms dingen tijdens je leven omdat iemand zegt dat je een goede ouder bent als je iets wel of niet doet.
We willen toch allemaal goede ouders zijn? Een aantal dingen moet je echter nooit zeggen tegen je kinderen. Hier de 5 belangrijkste zinnen die je achterwege kunt laten.
1: “Je bent geweldig”
Iedere ouder weet inmiddels dat het goed is om je kind complimentjes te geven. Alleen is het wel belangrijk wat je zegt. Als je steeds laat weten hoe geweldig je kind is, creëer je faalangst of een narcist.
Immers als het kind steeds maar hoort dat het een superkind het is, leert het kind geen reëel beeld te hebben van zichzelf.
Je kind leert niet dat hij ook fouten kan maken en dat dit goed is. Dat hij met fouten en blunders even zo goed een prima persoontje is. En dat niemand beter of slechter is dan iemand anders.
Het kan ook zijn dat je kind de lat zo hoog gaat leggen om geweldig te kunnen zijn. Dan kan er uiteindelijk een bang muisje overblijven die zijn hele leven lang het gevoel houdt op een dag door de mand te vallen.
Wat dan wel?
Als je kind iets laat zien, kun je op dat moment benoemen hoe goed hij al datgene KAN. Als je de kans hebt, kun je er nog aan toevoegen hoe mooi het is dat hij zo geoefend heeft en het daardoor steeds beter kan. Je complimenteert dan op talenten en inspanning en niet op het kind zelf. Hierdoor blijft het zelfbeeld van je kind intact en is niet afhankelijk van complimenten over wie hij is als persoon.
2: “En nu ga ik weg hoor !!!!”
Terwijl ik lekker mooi buiten zat te werken, hoorde ik een eindje verderop een moeder en vader hun kind roepen. Kindlief heeft of de oren nog dicht, is nog lekker in zijn eigen wereldje zonder zijn ouders te horen of is al zo gewend aan geroeptoeter van veraf dat het er geen aandacht meer aan schenkt.
Achtereenvolgens werd er eerst nog 6 keer geroepen, werden er vervolgens mooie en lekkere dingen beloofd en dreigden uiteindelijk de ouders met weggaan. Toen ze dit na drie keer daadwerkelijk deden, raakte het kind helemaal overstuur.
Wat dan wel?
Dreigen als het je niet lukt om je kind naar je te laten luisteren en tenslotte harde maatregelen treffen is voor je kind erg onveilig en onbetrouwbaar.
Wees duidelijk tegen je kind. Maak eerst contact door óf het kind bij naam te noemen en oogcontact te hebben en/of raak het kind even aan. Zeg dan duidelijk wat je NU wilt en wat je van je kind verwacht.
Kijk ook of je kind nog even de gelegenheid nodig heeft om zijn spel of activiteit af te ronden en help het daarbij door een suggestie te geven
3: “Doe nou toch eens eens zoals je zusje/broertje/vriendje”
Als je je kind vergelijkt met andere kinderen zeg je eigenlijk dat je kind niet goed genoeg is en dat het niet aan je verwachtingen voldoet. Je kind voelt dit haarfijn aan.
Zo kan er nijd ontstaan tussen broertjes en zusjes omdat het zichzelf steeds voelt tekortschieten en misschien boos wordt op zichzelf en de ander.
Als kinderen horen dat ze (als oudste kind) verstandig moeten zijn, kunnen ze zich verantwoordelijk voelen voor anderen. Ze kunnen zich ook afzetten en zichzelf uiteindelijk negatief beoordelen omdat ze tekort schieten in de verwachting van hun ouders. Ze kunnen het immers nooit goed doen?
Deze kinderen kunnen het gevoel krijgen dat ze de jongere kinderen moeten opvoeden en daarmee raken ze een deel van hun kindzijn kwijt.
Wat dan wel?
Bijt je tong af als je de neiging krijgt je kind te vergelijken met een ander kind. Wees je bewust verwachtingen te hebben die niet bij het karakter of temperament van je kind passen. Wees nieuwsgierig naar wie je kind werkelijk is en ontdek de kwaliteiten die bij dit kind horen.
4: “Dat doe ik wel even”
Veel kinderen hoeven hun eigen rommel, vieze was, de afwas, hun sporttas of hun schooltas op te ruimen en hun brood niet zelf te smeren. Elke keer als je je kinderen een activiteit uit handen neemt, is er een kans verloren gegaan dat je kind zelf iets leert door het fout te doen.
En ja, het schiet niet op als je peuter zichzelf moet aankleden. En ja, je Krijgt een hartverzakking van alle onvoldoendes van je puber. Echter als jij iedere keer de zaakjes voor je kind opknapt, maak je het hulpelozer en verdwijnt zelfredzaamheid, verantwoordelijkheid en zelfvertrouwen achter de horizon.
Wat dan wel?
Het is ruimschoots bewezen. Zelfvertrouwen en een gezond zelfbeeld krijg je door ervaring op te doen zodat je na verloop van tijd weet wat je in je mars hebt. Laat je kind zelf aanmodderen en stel vragen hoe je kind deze activiteit wil aanpakken. Geef desnoods wat helpende suggesties, laat je kind zelf kiezen en blijf stimuleren tot doorzetten als het fout gaat.
5: “Ik zie dat boos/ verdrietig bent”
Dit is wat mij betreft een van de ergste. Je zou er toch spontaan een driftaanval van krijgen. Hoezo “Ik zie dat je boos bent” @#$%** …
Een kind wat boos is, heeft er helemaal geen boodschap aan wat jij ziet. Op die manier verwijder je je alleen maar van je geëmotioneerde kind en schep je afstand. Je laat het kind alleen met zijn akelige gevoel en lost verder niets op. Immers je hebt het over IK in plaats van over het kind.
En ja, jij hebt vast geleerd dat dit goed is zodat jou kan kind zijn emoties kan leren herkennen… Nou vergeet het maar. Het kind voelt zich in de meeste gevallen nog bozer omdat het zich niet begrepen voelt en met een beetje pech vat je kind dit ook nog op als een verwijt.
Wat dan wel?
Wees bij je kind en benoem waar je kind boos om is.
Zoals bijvoorbeeld:
Dat vind jij oneerlijk hè…
Dat is niet leuk want je wilde juist….
Ach wat vervelend dat dit nu gebeurt…
Op deze manier voelt je kind zich begrepen vanuit het werkelijke begrip en aanwezigheid die je hebt.
Zo kun je samen in verbinding een oplossing vinden.
Zoals:
Wat helpt nu voor je..
Kan ik iets voor je doen?….
Huil maar even, het is ook erg genoeg..
Haal maar even diep adem, dan gaat het vast beter…
En als het kind nog erg overstuur is, pak je het even beet en wiegt het lichtjes of je doet met je hand de liggende acht op zijn schouderbladen.
Vast en zeker zijn er nog wel meer dingen die je beter niet tegen je kinderen kunt zeggen. Maar oefenen met deze 5 klaart de lucht tussen jou en je kind al aardig op…
Geniet ervan!
Wanneer je deze tekst, of gedeeltes daarvan, wilt gebruiken vraag dan even toestemming. De link mag gedeeld worden op social media.
Lees ook: Stop met vergelijken van kinderen onderling
Lees ook: Wees 100& betrouwbaar voor je kind
Bekijk ook: Waarom we kinderen soms helemaal niet begrijpen
Bekijk ook: Zo stop je klierende kinderen
En ouders zijn perfect.. zeker in tijden van stress. Wat ik krijg is een negatief beeld van mezelf door bovenstaande dingen te lezen. Je kunt niet alles berekenend zeggen tegen je kind. Ouders maken fouten. En kinderen zijn niet altijd schattig en lief. Zeker na pubertijd zijn er kritische woorden van het kind. Als ouder mag je ook fouten maken. Ik zeg ook tegen mijn kinderen dat ze belangrijk zijn trots mogen zijn op zichzelf. Nota bene geleerd van de Montessori school.
Dank je wel voor je prachtige toevoeging.
Uiteraard zijn ouders perfect en vooral tegenwoordig werken ze zich uit de naad om het hun kinderen goed te laten gaan.
Deze 5 uitspraken die iedere ouder wel eens doet, zijn even bedoeld als bewustmaker van hoe woorden verschil kunnen maken en zeggen niets over het goed of fout zijn van ouders…
Want laten we wel zijn: Soms ben je als ouder ook even niet in je hum en dat mogen kinderen best weten… Sterker nog, dat is uitermate leerzaam voor ze.
Dus nogmaals…. dank voor je toevoeging.